Ruw leer Algemeen
Ruw leer (Ruwleer) is de overkoepelende term voor leer met een fluweelachtige oppervlakte. Dat wil zeggen, de gebruikszijde is geschuurd of opgeruwd. Er wordt onderscheid gemaakt tussen het fijne nubuckleer en het grovere suèdeleer.
Vaak worden huiden met een kwalitatief slechtere oppervlakte tot ruw leer verwerkt, omdat tijdens het productieproces de gebreken van de huiden verdwijnen.
Suèdeleer vs. Nubuckleer
Bij suèdeleer wordt de vleeskant (de kant die naar het lichaam van het dier is gericht) na het tussendrogen met schuurpapier fluweelachtig geschuurd. Bij nubuckleer worden de huiden van de nerfzijde (haarkant) geschuurd, niet weggeschuurd. De huidporiën mogen daarbij niet volledig worden verwijderd, de natuurlijke poriën/nerf moeten herkenbaar blijven. Er ontstaat een fluweelachtige oppervlakte.
Voordelen en nadelen van ruw leer
Door het schuren hecht ledervet bijzonder goed en blijven de producten lange tijd waterafstotend. Het voordeel is dat ruw leer zeer ademend is. Het nadeel is de hogere gevoeligheid voor vlekken en de lagere UV-bestendigheid.
Over de verschillende leersoorten informeert deze video je ook:
aanvullende bronnen (toegang 15.01.2019):
- bergfreunde(punt)de/basislager/materialinfo-nubuk-leder/
- lederpedia(punt)de/lederarten/rauleder_rauhleder
- collonil(punt)com/blog/leder-material/arbeitsschutz-express(punt)de/de/lexikon/
